Mijn stem en ik

In mij leeft een stem, een stem die mijn leven eindeloos van commentaar voorziet. Ik neig ernaar de stem mannelijk te maken, maar hij is mannelijk nog vrouwelijk. Het is zelfs niet een stem zoals ik die van jou hoor. Deze stem is veel subtieler, en komt in de vorm van gedachten, plaatjes, weerstand, in meningen en nog vele andere varianten.

Ik weet nog dat ik ooit heel blij was met deze stem, ik voelde me veilig met de stem. Hij leek altijd te weten hoe het zat en hoe ik oké bleef in de wereld en ik zelf wist dat niet. Hij wist wat ik moest doen, wie voor mij goed waren en waarom anderen niet goed waren, hij legde dat allemaal uit hoe die anderen verzuimden, niet aardig waren, stomme dingen zeiden of er gewoon raar uitzagen. En zo voelde ik me altijd gehoord en gezien door mijn stem.

 

Ik weet ook nog dat ik last kreeg van mijn stem, ik werd eenzaam, niemand was ooit nog goed genoeg. Ik deed het zelf ook nooit goed genoeg, de eisen werden steeds hoger, leek het wel. En de stem liet me weten dat het voor mijn eigen bestwil was. Alleen zo zou ik overleven in de wereld, alleen zo zou ik erbij horen en zou men mij zien staan. Ik voelde me niet zo veilig meer met mijn stem maar had geen idee wat te doen. Zonder stem zou ik niet overleven, een doodsangst vloog me aan en ik ging maar weer aan het werk.

Ik begon de stem steeds meer te horen in de buitenwereld. Mensen zeiden dat ik niet hard genoeg werkte, dat ik het fout had, mijn werk niet goed deed, dat ik raar was en eigenlijk mochten ze me gewoon niet. En als ik thuis kwam ging de stem door, het werd een soort slavendrijver en ik had geen rust meer. Er was wel wat afleiding, in de vorm van drank of series kijken, dan vergat ik de stem voor even. En ik was het liefst alleen, zo kon ik de stem niet via anderen horen.

Tot ik er klaar mee was mijn leven zo klein te leven en ik besloot niet meer per se te luisteren naar de stem. Ik begon met mindfulness, waar ik de stem leerde te horen, maar ik hoefde er niet langer op in te gaan. En van daaruit leerde ik de stem te onderzoeken, wiens stem was dat eigenlijk echt? Zo leerde ik over deze stem, die een soort echo is van de stemmen van mijn ouders, en daarvoor mijn grootouders en overgrootouders en hoe deze stem bij mij was gekomen om mij te helpen. Ik leerde hoe ik blijkbaar deze hulp nu niet langer nodig had en dus de stem kon bedanken voor zijn hulp, maar vanaf nu zou ik het leven zelf gaan doen. De stem ging akkoord maar zou altijd bij mij blijven, dat was de belofte. De stem is als een liefdevolle ouder, die probeert te helpen waar hij kan, maar ergens heb je je ouders niet meer nodig, en wordt het irritant als ze maar blijven 'helpen'.

En nu, als ik moe ben, of gestrest, hoor ik de stem nog weleens, in mij, of via een ander, maar ik herken de stem uit duizenden. Eerst heel even is er dat gevoel van bekendheid, van troost, en dan komt de onrust, dat het anders moet zijn dan het is. En dat is het moment dat ik de stem bedank, en het weer overneem. En wat ook heel troostend is, is het idee dat iedereen met wie ik erover sprak, zo'n stem blijkt te hebben. In meerdere of mindere mate herkende men die innerlijke stem, die je leven overneemt als je niet oppast en met soms desastreuze gevolgen. Ik ben de stem dankbaar voor zijn hulp, in een tijd dat het leven voor mij heel ingewikkeld was. En nu, doe ik het zelf weer, af en toe wat onwennig, maar zeer bevrijdend, omdat ik nu niet meer in andere mensen hun ogen lees dat ik het niet goed doe, of raar ben, of misschien soms nog heel eventjes......

~Marieke

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.